Door op 22 oktober 2016

Arbeid, inkomen en democratie

Gelukkig doet Wallonië pogingen de democratie in de EU en het is goed dat Jongerius (PvdA-EU) dit steunt. Beter dan Ploumen die mijns inziens de ontwikkelingshulp samen met de burger aan het verkwanselen is aan multinationals en CETA er door rommelde inclusief ISDS. Willen we goede arbeid en inkomen volgens Nederlandse maatstaven, dan moeten buitenlandse bedrijven zich onverkort houden aan de Nederlandse regels.

Burgers bepalen in Nederland hoe we willen leven en werken

‘Wij zijn niet tegen vrijhandel’ beklemtoont Magnette uit Wallonië, maar er zijn pijnpunten. Hij schetst het grotere plaatje: ‘Dit gaat over een fundamenteel debat over hoe staten hun problemen met multinationals oplossen’. In Wallonië schrapten multinationals de laatste jaren duizenden banen. Maar in dezelfde Volkskrant lees ik ‘Geschrapt ING werk naar lagelonenlanden’ en ‘Ontslaggolf in offshore’. Dat laatste door de lage olieprijs. Maar terecht wordt gesteld dat dit een hard gelag is voor de Nederlandse werkgelegenheid, want als het aantrekt verdwijnt veel werk naar het buitenland. Binnen deze trend werken extra gesubsidieerde sollicitatiecursussen niet meer tegen de werkloosheid.

Onze gekozen regering moet maatregelen kunnen nemen die hout snijden, zonder rem door regels van buiten en zeker niet door overeenkomsten waardoor ze verantwoording af moeten leggen aan multinationals (ISDS). De Waalse socialisten hebben mijns inziens gelijk, dat ze actief het recht opeisen om te interveniëren in het belang van werknemers en burgers. Dat is hun bestaansrecht. Een sociaaldemocratische partij kan mijns inziens nooit de eigen wetgeving en/of rechtspraak overlaten aan wie dan ook anders dan aan burgers en zeker niet aan een college van multinationals.

Duurzaam werk willen we, onderworpen aan Nederlandse regels

Met lage importtarieven kunnen we meer bloemen verkopen in Canada. Aldus een voorstander van CETA. Grof gezegd kweken we bloemen in verwarmde kassen met aanvullende verlichting om ze beter te laten groeien. Die ondernemers zijn grootverbruikers en verstoken energie tegen een te laag tarief. De werkgelegenheid is beperkt en veel arbeid komt uit de Oostbloklanden aangereden. Vervolgens schuiven we die bloemen in een vliegtuig dat met minimale  belasting op brandsof zeer vervuilend dit product over vliegt met werkgelegenheid voor een paar piloten. Wat levert het op voor de Nederlandse burger en de werkgelegenheid als we de omvang van deze activiteit verhogen? Wat levert het op aan milieuwinst als de Canadees in plaats van onze bloemen zijn eigen gekweekte geranium in de vensterbank zet?

Ook het omgekeerde geldt. Waarom is Rutte tegen heffingen op staal uit China? In IJmuiden staan de meest moderne en milieuvriendelijke hoogovens ter wereld. Vind die maar eens in China, nog los van alle transportkosten om het product bij onze staalverwerkende industrieën te krijgen.Waarom mag je oneigenlijk geprijsde producten, gedumpt op onze markt niet weren om werkgelegenheid te beschermen? En oneigenlijke prijzen hanteren gebeurt echt niet alleen door de staat. Monsanto, straks samen met BASF kan best een productie-unit in een specifieke markt een paar jaar subsidiëren tot de kleine lokale concurrenten failliet zijn. Calculaties rond dumping waren er al toen China nog echt communistisch was (o.a. voor kunstmest). Moeten deze spelers meer ruimte krijgen met een eigen onderlinge arbitrage voor multinationals? Ze houden zich maar aan de Nederlandse wet. Als ze dat niet aanstaat blijven ze maar weg. Als democratie moeten wij dan zorgen voor goede wetten die gezonde bedrijven naar ons land trekken.

We moeten naar een industriebeleid

Goede banen waarbij je een pensioenpremie kunt betalen komen niet dichter bij door CETA. In tegendeel. Eventuele revenuen die dit mondiaal economisch oplevert komen bij grote bedrijven terecht. Het neo-liberale ‘doorsijpel-effect’ (trickle-down), waarbij economische welvaart ‘doorsijpelt’ naar lager betaalden moeten we niet intrappen. Willen we goede arbeid en inkomen waar we pensioenpremie van kunnen betalen, dan moeten we gericht kijken welk type industrie en bedrijvigheid we nodig hebben. We moeten opportunistische activiteiten van andere landen of multinationals weren zonder bang te hoeven zijn voor claims.

Dat wil niet zeggen dat we alle activiteiten aan moeten houden. Den Uijl sloot de staatsmijnen maar startte gelijk een aanvullend  werkgelegenheidsbeleid. Dat vraagt visie en moed voor een goed industriebeleid. Dan moet je  geen middelen (ISDS)  uit handen geven en binnen het neo-liberale frame blijven pappen en nat houden. Met industriebeleid komen gouden tijden voor arbeid, inkomen en pensioenen niet direct terug. Het kan wel de scherpe kantjes van de  mondiale neo-liberale trend bijsturen, waar ISDS ze juist versterkt.

Lees ook mijn bijdrage tijdens het ONP symposium “Een rechtvaardig pensioenstelsel voor nu en straks” op 21 maart 2016.

Lees meer over CETA:

– CETA: Handelsverdrag EU-Canada op de website van Europa Nu

– Comprehensive Economic and Trade Agreement op Wikipedia (Nederlandse tekst)

In alle media staan artikelen over het verzet van de Waalse regering tegen onderdelen van CETA. Lees bijv. dit artikel in de Volkskrant.